Vlaanderen krijgt prestigieuze orgelcollectie
Minister Bert Anciaux wil de verzameling in haar geheel bijeenhouden en ontsluiten. Hij kreeg een tip van het Muziekinstrumentenmuseum (MIM) en had voor de stukken uiteindelijk een bedrag van 610.000 euro over. “Bij internationale verzamelaars zijn deze orgels en muziekautomaten erg in trek,” zegt Anciaux. “Ze zijn in zeldzaam goede staat. Als de collectie versnipperd raakt, zou ze een veelvoud kunnen opbrengen.”
Nederland was rond 1900 gespecialiseerd in straatorgels, Duitsland in kermisorgels. Vlaanderen speelde een belangrijke rol in de ontwikkeling van het mechanische dansorgel in Europa. Reuzendraaiorgels kwamen overal in cafés en danszalen terecht. Enkele orgelbouwfamilies werden legendarisch. Met namen als Mortier en Decap was vooral Antwerpen een belangrijk centrum. De schrijnwerker Jef Ghysels bracht de voorbije dertig jaar de verzameling bij elkaar.
In Schaarbeek richtte Ghysels een privémuseum op. Groepen konden er komen kijken, luisteren en zelfs dansen. Ghysels specialiseerde zich ook in het herstel en de restauratie van orgels. Hij begon te verzamelen uit nostalgie. Zijn grootouders hadden in Halle een café annex schrijnwerkerij, die tijdens kermissen drie weekends lang ontruimd werd en omgetoverd tot een danszaal. Daarvoor werd een groot dansorgel van Mortier gehuurd.
Minister Anciaux heeft bij verschillende erfgoedinstellingen een plan opgevraagd om de collectie bijeen te houden en te tonen. 'Een goede bar en een dansvloer zijn daarbij onontbeerlijk,” meent hij. “De orgels moeten blijven verder spelen. Zo kunnen we dit stukje volkscultuur opnieuw vertellen en beleven.” Een nieuwe Brusselse vereniging van orgelliefhebbers en deskundigen is alvast kandidaat. Maar ook het Muziekinstrumentenmuseum en andere musea lieten al hun belangstelling blijken.
0 Comments:
Post a Comment
Subscribe to Post Comments [Atom]
<< Home