Platform21

Tuesday, November 29, 2005

Kunstenaars aan de slag in Schipperskwartier


In het Antwerpse Schipperskwartier werd dinsdagvoormiddag een nieuw reconversieproject voorgesteld. Vier gewezen prosititutiepanden werden er in een samenwerking tussen het Antwerpse stadsbestuur, eigenaars en het Nieuw Internationaal Cultureel Centrum (NICC) omgevormd tot kunstenaarsateliers.

"Het initiatief is een tweede atelierproject van het Antwerpse cultuurbeleid," stipte Antwerps cultuurschepen Philip Heylen aan bij de voorstelling van de kunstpanden. "In samenwerking met het departement stadsvernieuwing kon aan een aantal huizen in de Oude Mansstraat een nieuwe bestemming gegeven worden."

Enkele privé-eigenaars sloten met de stad een overeenkomst om verkrotte prostitutiepanden grondig te renoveren. "Vier eigenaars waren bereid om hun pand als werkruimte aan kunstenaars te verhuren," verduidelijkte de schepen. "Op die manier kon er zowel gewerkt worden met gelden van twee departementen, namelijk cultuur en stadsvernieuwing."

Dat leidde ertoe dat de panden verhuurd worden aan een prijs van vier euro per vierkante meter. Daarvan legt de stad drie euro bij, zodat de kunstenaars per maand alleen nog de resterende euro moeten bijdragen. "Op die manier konden we met beperkte middelen het karakter van de straat veranderen," voerde schepen Heylen aan.

Het stadsbestuur wil dit beleid ook in de toekomst verder zetten. "Er staan nog tientallen kunstenaars op de wachtlijst," benadrukte Philip Heylen. "We zouden die allemaal in enkele grote panden bij elkaar kunnen stoppen, maar we zoeken naar nieuwe projecten die voor iedereen een meerwaarde hebben en waar dus ook de buurt mee van profiteert."

In dat verband verwees de schepen naar de Wolkammerij, een bedrijvencentrum op de terreinen van het bedrijf Umicore in Hoboken. Daar kunnen in de toekomst vijftig ateliers ter beschikking gesteld worden. "Wellicht zullen we ons daarbij richten op beeldhouwers," lichtte Sofie Wilder, projectleider Atelierbeleid van het NICC, dat initiatief toe. "Het is minder evident om die in een woonbuurt ruimte te geven, maar daar kunnen zij aan de slag gaan zonder omwonenden te storen."

Schepen Heylen benadrukte op deze weg gestaag verder te gaan. "In Amsterdam werd 32 miljoen euro vrijgemaakt om op vijf jaar tijd 37 locaties uit te bouwen met duizend werkplaatsen voor kunstenaars," merkte hij op. "In Antwerpen moeten we het doen met 150.000 euro per jaar."

De schepen beklemtoonde daarbij dat het project in Amsterdam geruggesteund wordt door het departement stadsontwikkeling. "Ook in Antwerpen zouden wij graag vanuit cultuur samenwerken met andere sectoren, zoals sociale zaken, maar ook met mode of productontwikkeling," voerde hij nog aan.

De kunstenaars in het Schipperskwartier hebben een huurovereenkomst voor één jaar. In ruil daarvoor hebben ze zich ertoe verbonden om tijdens die periode in de vitrines wisselende tentoonstellingen op te zetten. Op die manier hoopt men dat de cultuur een bijdrage kan leveren tot een verdere ontwikkeling van de buurt en nieuwe activiteiten zou kunnen aantrekken.

Fabre wordt Unesco-ambassadeur

Choreograaf en plastisch kunstenaar Jan Fabre en zijn theatergroep Troubleyn zijn voor een termijn van vijf jaar aangesteld tot culturele ambassadeurs van het Institute for Water Education (IHE) van de Unesco in Delft. Het is de bedoeling dat Troubleyn via zijn optredens de boodschap uitdragen dat het beheer van water als steeds schaarser wordende grondstof een geïntegreerde en doeltreffende aanpak door specialisten vereist.

Het verschaffen van dergelijke gespecialiseerde kennis en ervaring is de missie van Institute for Water Education. Naar Troubleyn maandag meedeelde, wordt de samenwerking symbolisch ingeluid met de voorstelling 'Histoire des larmes/History of Tears' die van 8 tot 15 december in deSingel in Antwerpen te zien is.

Voor die voorstelling schreef Jan Fabre een tekst over het water dat het dichtst bij ons ligt en het meest van ons is, namelijk onze tranen. 'Histoire des larmes' wordt nadien opgevoerd in onder meer Nederland, Zuid-Korea, Frankrijk en Denemarken.

Tuesday, November 15, 2005

Derde dag Cultuurcommunicatie

Op dinsdag 13 december organiseert CultuurNet Vlaanderen in zaal De Vooruit in Gent de jaarlijkse Dag van de Cultuurcommunicatie. Daarbij wordt voor het eerst echt gericht gewerkt rond een centraal thema.

In totaal komen tijdens de Dag van de Cultuurcommunicatie ruim veertig sessies aan bod. Minister van cultuur Bert Anciaux zal er verder ingaan op zijn participatiebeleid. Tijdens deze editie wordt er echter voor de eerste keer met een centraal thema gewerkt. Daarbij wordt dit jaar aandacht besteed aan het 'Publiek in Beeld'.

Er zal bijzondere aandacht worden besteed aan het publieks- en bevolkingsonderzoek. Daarnaast komen ook nu de diverse aspecten van marketing en publiekswerking aan bod, steeds vertrekkend vanuit de invalshoek van het publiek.

Voor meer informatie en inschrijvingen kan men terecht op www.cultuurnet.be of op tel. 02/551.18.86. Het evenement begint om 9 uur en wordt om 17 uur afgesloten met een receptie.

Thursday, November 10, 2005

Placenta werkt met leegstaande ruimtes

Van vrijdag tot zondag wordt in een oud garagecomplex aan de Solvynsstraat 53/55 in Antwerpen de jaarlijkse tentoonstelling van het kunstenaarscollectief Placenta afgerond. Het is het zesde project dat de groep organiseert sinds enkele academiestudenten eind vorig decennium met het initiatief van start gingen.



Placenta is een kunstenaarscollectief rond Tom Liekens, Bart Van Dijck, Stefan Serneels en Caroline Coolen en werkt al sinds 1999 met schilderijen, sculpturen, foto’s, installaties en videoprojecties in leegstaande ruimten in Antwerpen. Jaarlijks modigt de groep daarbij ook steeds gastkunstenaars.

Deze keer zijn dat Nick Ervinck, Lieven Segers en Hironobu Yokochi. Met hun eclectische tentoonstellingen hebben ze ondertussen een kleine cultstatus verworven en hebben ze een heel eigen plaats in het actuele kunstlandschap afgedwongen.

Placenta 6 is toegankelijk op vrijdag, zaterdag en zondag van 14 tot 18 uur.

Thursday, November 03, 2005

Berlijns collectief bij Fricties Gent






Raster-Noton frequencies (Hz)


Van 11 november tot 15 januari in het Berlijnse kunstcollectief Raster-Noton te gast bij het Gentse mediaplatform Fricties. Raster-Noton. Zij brengen daarbij een aantal activiteiten met kunst die zijn wortels heeft in het voormalige communistische Oost-Duitsland.

Fricties is het platform voor mediakunst van Vooruit, met residenties, workshops en andere eigenzinnige formats. Vanaf november staat op dat platform het Berlijnse collectief Raster-Noton centraal. Raster-Noton is een uitzonderlijk collectief. Leden Carsten Nicolai, Olaf Bender en Frank Bretschneider groeiden op in het communistisch Oost-Duitsland, een samenleving waar de tijd bijzonder langzaam ging.

Muziek, films, boeken waren er slechts bij mondjesmaat ter beschikking. Platen werden grijs gedraaid, elke hoekje muziek beluisterd en herbeluisterd. Dat leidde tot een noodgedwongen uitgepuurd beleven van muziek. Nicolai, Bender en Bretschneider koesteren die benadering nog steeds. Ook nu ze al lang zijn aangepast aan de snelle samenleving, krijgt de pure schoonheid van hun collectief en label alle respect van de wereldwijde elektronicascene.

Fricties herbergt een maandlang de Raster-Noton headquarters in Gent. Het Bespreekbureau van Vooruit wordt dan uitgekleed en omgeturnd tot tijdelijke Raster-Noton - headquarters, tegelijk een installatie en een shop. Men wordt er ondergedompeld in de prachtig vormgegeven releases, een aantal mediawerken en natuurlijk veel audio.

In de residentieperiode vinden ook twee avonden plaats met artiesten verbonden aan Raster-Noton. Alle acts samen vormen een indrukwekkende staalkaart van wat de avontuurlijke digitale muziekwereld vandaag te bieden heeft. Naast Raster-Notonlid is Carsten Nicolai ook een gevierd beeldend kunstenaar. Zijn werk werd dit voorjaar voor het eerst in een
overzichtstentoonstelling getoond in Frankfurt en reist in november naar het SMAK.

Meer informatie over Audio Visual Spaces is te verkrijgen op www.smak.be.

Tuesday, November 01, 2005

Koolhaas bestudeert Hermitage

De Nederlandse Architect Rem Koolhaas gaat het tentoonstellingsbeleid van de Hermitage in Sint Petersburg onder de loep nemen. De denktank AMO, verbonden aan Koolhaas' bureau OMA (Office for Metropolitan Architecture), gaat bekijken hoe de Hermitage zijn collectie het beste kan tentoonstellen.

Koolhaas en Hermitage-directeur Michail Piotrovski hebben daartoe dinsdag, op de eerste dag van het staatsbezoek van president Poetin, een overeenkomst getekend. Beide partijen willen voor de kosten van het onderzoek, dat in de miljoenen euro's kan lopen, fondsen werven bij Nederlandse en Russische overheden en grote bedrijven.

De Hermitage heeft een van de grootste kunstcollecties ter wereld. Er staat zoveel in de opslagruimtes van het museum, dat veel kunstwerken nooit tentoongesteld kunnen worden. Het museum heeft sinds kort filialen in Amsterdam en Londen.